Paragraaf 9 Sociaal domein

9.1 INLEIDING

Terug naar navigatie - 9.1 INLEIDING

In de paragraaf sociaal domein beschrijven we in onderlinge samenhang de belangrijkste ontwikkelingen in het brede sociaal domein en geven we een totaalbeeld van de uitgaven. De transformatie die we willen realiseren is omvangrijk en vraagt om een lange adem om de gewenste effecten te bereiken. Ook is de opgave complex, omdat we alleen in samenwerking met veel en verschillende partijen de doelstellingen kunnen bereiken. Dit alles gaat gepaard met beperkte budgetten en een groeiende doelgroep kwetsbare inwoners, vooral onder ouderen. Ons doel blijft: de inwoners krijgen de ondersteuning die ze nodig hebben, er is veel aandacht voor preventie en vroegsignalering en de financiën zijn beheersbaar. Om dit te bereiken moeten we als gemeente (meer) regie kunnen voeren op het totale proces van zorg en ondersteuning: adequate financiering, het vastleggen van de rol en verantwoordelijkheid van alle partijen en de samenwerking tussen alle partijen in de keten beter vormgeven: onderwijs, huisartsen, zorgverzekeraars, zorgaanbieders en werkgevers (zie ook visierapport gemeenten 2024, VNG).

De definitie van het sociaal domein die wij hanteren is breder dan de drie decentralisaties Wmo, Jeugdzorg en Participatiewet. Wij verstaan onder het sociaal domein ook de taken op het gebied van volksgezondheid, onderwijs, armoedebestrijding en minimabeleid, schuldhulpverlening, inburgering, welzijn (waaronder sport en cultuur) en preventie. 

9.2 WAAR STAAN WE MET DE TRANSFORMATIE IN HET SOCIAAL DOMEIN?

Terug naar navigatie - 9.2 WAAR STAAN WE MET DE TRANSFORMATIE IN HET SOCIAAL DOMEIN?

De afgelopen jaren leverden diverse landelijke evaluatierapporten een beeld op van stijgend gebruik van individuele voorzieningen in de Wmo en Jeugd, duurdere en langere zorg per individu en een te rigide Participatiewet. In 2023 was er veel aandacht voor de toekomst van de zorg. Het ministerie van Volksgezondheid, Wetenschap en Sport leverde een interdepartementaal beleidsonderzoek op ‘Niets doen is geen optie’. Dit onderzoek volgde op het rapport van de Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid ‘Houdbare Zorg’ waarin de politiek wordt opgeroepen de groei van zorg weloverwogen te begrenzen door beter te kiezen. Het IBO Ouderenzorg ‘Niets doen is geen optie’ leverde maatregelen op gericht op: doelmatigheid vergroten, verzekerd pakket verkleinen en eigen betalingen verhogen. De randvoorwaarden hiervoor benoemd zijn een maatschappelijke dialoog en versterken van gemeenschapskracht. Het inzetten op meer preventie en gezond gedrag is opgenomen in de landelijke akkoorden IZA en GALA (zie verder in paragraaf 9.3 onder ‘gezondheid’).


Een andere belangrijke ontwikkeling was de focus op de gevolgen van beleid op de levens van inwoners. We begeleidden in 2023 nog steeds gezinnen in het kader van de kinderopvangtoeslagaffaire. Landelijk startte de Nationale Ombudsman onderzoeken naar de invloed van burgers op de Wmo, Participatiewet en Jeugdwet. De onderzoeken rondom de Wmo en Participatiewet zijn in 2023 afgerond. Belangrijkste conclusie was de geringe invloed en betrokkenheid van burgers op beslissingen over hun leven in relatie tot benodigde zorg en ondersteuning vanuit deze wetten. De Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid bevestigde de noodzaak van persoonlijke controle in zijn rapport ‘Grip’. Het rapport over de Jeugdwet rond de Nationale Ombudsman in 2024 af. Deze bevindingen zijn voor ons belangrijk en meegenomen in de bestuursopdracht ‘Beleidskader breed sociaal domein’ waarin we als doelstelling hebben opgenomen beleid op te stellen gericht op de leefwereld van de inwoner.


Wat betreft Jeugd, was de Hervormingsagenda een belangrijk ijkpunt in 2023. Zie hiervoor de volgende paragraaf.

9.3 LANDELIJK EN LOKAAL BEELD DECENTRALISATIES

Terug naar navigatie - 9.3 LANDELIJK EN LOKAAL BEELD DECENTRALISATIES

Wmo

Lokaal bleven we uitvoering geven aan het actieplan ‘Grip op de kosten Wmo’. Wat de maatwerkvoorziening begeleiding betreft zagen we wederom een stabilisatie van de kosten. Dit is mogelijk een resultaat van onze inspanningen om doelgerichte beschikkingen voor ‘begeleiding’ af te geven. We zagen voor de maatwerkvoorziening ‘hulp bij het huishouden’ nog steeds een lichte toename, die het gevolg is van demografische ontwikkelingen en de aanzuigende werking van het abonnementstarief. 

We maakten een nieuw inkoopkader Wmo en bereidden de aanbesteding voor, die in 2024 start. De pilot hulp bij het huishouden als algemene voorziening, dus zonder beschikkingen, zetten we door en namen we mee in het inkoopkader. Eilandzorg bood geclusterde hulp bij het huishouden aan in haar wooncomplexen. 

We brachten de onafhankelijke cliëntondersteuners via communicatie, onze toegang en partners onder de aandacht bij inwoners. Voor vrijwillige cliëntondersteuners startten we met SMWO een nieuw initiatief om meer vrijwilligers te werven. Dit deden we door een verbinding aan te gaan met initiatieven binnen het welzijnswerk, zoals het Postcafé. 

Het zelfregiecentrum ‘Ammekare’ draaide in vier kernen op vaste tijden als inloopvoorziening voor ambulante ondersteuning voor mensen met sociale, psychosociale of psychische problematiek. We gaven bekendheid aan dit initiatief onder inwoners en lokale organisaties. 

De uitvoering van de beleidsvisie Zorglandschap liep vertraging op door vertrek van personeel. De opgave voor 145 woningen met zorg voor inwoners die langdurige zorg op grond van de Wlz nodig hebben implementeren we in 2024 in de nieuwe Woonzorgvisie. Dit doen we inclusief de opgave om woonruimte te bieden aan andere (kwetsbare) doelgroepen.

Beschermd Wonen

De Zeeuwse gemeenten werken samen op het gebied van Beschermd Wonen. In 2023 zijn vooruitlopend op de doordecentralisatie van taak en financiering naar gemeenten partnerschapsafspraken tussen de gemeenten vastgesteld. Hiermee worden de dertien gemeenten samen verantwoordelijk voor het beleid en de inrichting van het regiobudget. Zo kunnen we de komende jaren beter samen optrekken en beslissen over inkoop en inzet van zorg. Ook onderzochten we de mogelijke samenwerking tussen de Zeeuwse gemeenten en het vraagstuk van governance. In 2024 volgt een voorstel over de governance van Beschermd Wonen via een gemeenschappelijke regeling.

De doordecentralisatie van middelen is door het (demissionaire) Kabinet opnieuw uitgesteld. Het wetsvoorstel dat voor beschermd wonen een woonplaatsbeginsel moest regelen, is controversieel verklaard. Een nieuw Kabinet zal over deze wetswijziging en over de doordecentralisatie moeten besluiten. In de tussentijd blijft de huidige situatie in stand. Onzeker is ook of de doordecentralisatie zal doorgaan op de wijze zoals in 2022 was bedacht.

Om mensen met een psychische kwetsbaarheid zoveel mogelijk in de wijken te ondersteunen, is een basisniveau van voorzieningen en kennis, passende woningen en vooral samenwerking tussen en met gemeenten, ketenpartners en zorgverzekeraars nodig. We zetten in 2024 hier op in door het subsidiëren van het zelfregiecentrum Ammekare en door aan te sluiten op initiatieven en projecten die hiervoor in regionaal verband worden ontwikkeld.

Jeugdzorg

Landelijk sloten de Rijksoverheid, gemeenten, professionals en zorgaanbieders en cliëntenorganisaties de Hervormingsagenda af. De Hervormingsagenda bevat een groot pakket aan afspraken om de jeugdzorg te verbeteren en financieel houdbaar te krijgen. De Hervormingsagenda pleit voor een samenhangende aanpak vanuit verschillende domeinen op het gebied van bestaanszekerheid, wonen, onderwijs en veiligheid om jeugdigen een goede start in het leven te geven en het jeugdhulpstelsel tegelijkertijd houdbaar te maken voor de toekomst. We startten met de uitwerking hiervan zowel lokaal als regionaal en stelden in de Zeeuwse Samenwerking in het Sociaal Domein (ZSSD) de Regiovisie Jeugd Zeeland op. In de regiovisie spraken we af dat alle Zeeuwse gemeenten de lokale structuren op basis van de hieronder beschreven ontwikkeldoelen voor 2023 – 2028 verder ontwikkelen:? 

1. Een sterke pedagogische basis 
2. Sterke lokale teams 
3. Integraal en dekkend aanbod, efficiënt georganiseerd 
4. Onderwijs en jeugdhulp verbonden 
5. Samen leren en doen wat werkt 

Met een aantal programma’s zijn we al gestart, zoals Opgroeien in een Kansrijke Omgeving (OKO), Kansrijke Start, Bloei! en SDVitaal. Het zijn programma’s waarbij we samen met de bewoners en professionals werken aan het verstevigen van de omgeving. We versterkten de samenwerking met huisartsen en scholen en verbeterden afspraken met onze partners op het gebied van preventie, zoals het Jeugdpreventie-overleg en stelden een jaaragenda op met het jongerenwerk.  

Participatiewet

Uit een eerdere evaluatie van de Participatiewet trok het Cultureel en Sociaal Planbureau pittige conclusies. Zo heeft de invoering van de Participatiewet nauwelijks geleid tot verhoging van baankansen. Aannames in de wet blijken bovendien niet te kloppen met de praktijk. Zo is niet iedereen in staat om te werken en heeft de overgang van verschillende wetten naar één Participatiewet niet geleid tot minder complexiteit. Sindsdien is de discussie over de uitvoering van de participatiewet niet verstomd. De VNG signaleerde op basis van onderzoek van Berenschot dat gemeenten te weinig geld hebben voor activering, begeleiding en re-integratie van de meest kwetsbare doelgroepen. 
  
Als reactie op de evaluatie van de Participatiewet en de maatschappelijke onrust rondom de toeslagenaffaire kwam het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid met het wetsvoorstel ‘Participatiewet in balans’ en (nu demissionair) minister Schouten van armoedebeleid, participatie en pensioenen medio 2023 met een visiebrief. Het wetsvoorstel ‘Participatiewet in balans’ is, na instemming door de ministerraad, in februari 2024 voor advies naar de Raad van State gestuurd. Met dit wetsvoorstel zet het kabinet de eerste concrete stap om hardheden in de huidige wet weg te nemen door mensen centraal te stellen en uit te gaan van vertrouwen. De minister hanteert daarbij de volgende uitgangspunten en streeft voor de Participatiewet naar:

•    Vereenvoudiging en een toereikend bestaansminimum.
•    Passende ondersteuning om mee te doen, als dit niet via werk kan, dan via andere vormen van participatie. 
•    Met rechten en plichten die zinvol en begrijpelijk zijn en nageleefd kunnen worden door iedere uitkeringsgerechtigde en aansluiten op het ‘doenvermogen’ van mensen. 
•    Uitvoerbaar voor de professional. 

De behandeling van de wet en invoering van mogelijke maatregelen kan vertraging oplopen vanwege de val van het kabinet en de lopende kabinetsformatie. Een van de maatregelen die per 1 januari 2023 al is doorgevoerd, is het verhogen van de leeftijdsgrens van de kostendelersnorm van 21 naar 27 jaar. 
  
Een belangrijk doel van de Participatiewet is inkomensondersteuning bieden aan mensen die het (tijdelijk) niet redden op eigen kracht, en daarmee bestaanszekerheid vergroten. Aandacht voor het herstellen van bestaanszekerheid stond in 2023 prominent op de agenda van gemeenten en de VNG. De aanpak van bestaansonzekerheid vereist een integrale en structurele aanpak, met aandacht voor sociale relaties. Wij maakten ook in 2023 gebruik van de mogelijkheid tot maatwerk die de Participatiewet biedt. 
  
Met het lokale beleid en uitvoering van de Participatiewet probeerden we goed aan te sluiten bij de behoeften van onze inwoners en de mogelijkheden van werkgevers en maatschappelijke organisaties. In onze lokale uitvoering waren hierbij veel partijen en organisaties betrokken, zoals: klantmanagers werk en inkomen, Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV), sociale werkvoorziening De Zuidhoek, het samenwerkingsverband van de arbeidsmarktregio (Aan de slag in Zeeland), maatschappelijke en zorgorganisaties. Voor de toekomstige uitvoering van de Participatiewet startten we in 2023 een onderzoek.

Bestuursopdracht uitvoering Participatiewet en rol van de Zuidhoek
Ons college besloot medio 2023 extern onderzoek uit te laten voeren om te komen tot een toekomstscenario voor een optimale uitvoering van de Participatiewet in Schouwen-Duiveland en de mogelijke, passende positie en taken hierin voor De Zuidhoek. Onderdeel daarvan is de (eind)evaluatie van de uitvoering door De Zuidhoek de afgelopen jaren volgens de huidige strategische koers. Berenschot voert het onderzoek uit. Het onderzoek resulteert naar verwachting in de eerste helft van 2024 in de oplevering van een onderzoeksrapport met concrete resultaten, conclusies en (verbeter)adviezen. Op basis hiervan zal nadere besluitvorming plaatsvinden, gericht op verdere optimalisatie en bestendiging van de dienstverlening op het gebied van de Participatiewet in onze gemeente. 

Bijstand 
Het relatieve aandeel van mensen met een bijstandsuitkering die meerdere jaren bijstandsafhankelijk zijn in onze gemeente, nam in 2023 verder toe. Dit komt vooral doordat nagenoeg alle inwoners met een korte afstand tot de arbeidsmarkt inmiddels zijn bemiddeld naar regulier werk. Het huidige bestand van vaak jarenlange bijstandsontvangers heeft vooral te maken met meervoudige problematiek. Ondanks de complexiteit van deze doelgroep zijn we ook in 2023 in staat gebleken om het aantal bijstandsuitkeringen in de gemeente Schouwen-Duiveland verder te reduceren door relatief veel mensen succesvol te begeleiden naar regulier werk. Onze resultaten wijken daarmee in 2023 positief af van het landelijk beeld van de Participatiewet met een licht toenemend bijstandsvolume. Dit vertaalde zich in onze gemeente tevens in een ruim overschot van zo’n € 1,4 miljoen op ons BUIG-budget in 2023 (de van het Rijk ontvangen middelen ter bekostiging van onze lokale uitgaven voor bijstandsuitkeringen en loonkostensubsidies). 

Gezondheid – Schouwen-Duiveland Vitaal

Schouwen-Duiveland Vitaal is als uitvoeringsprogramma de lokale vertaling van het Regionaal Kader Gezondheid 2022-2025 en ons sportbeleid en loopt door tot eind 2024. In 2023 gaven we in samenwerking met al onze partners in dit programma uitvoering aan de gestelde doelen. In 2024 worden de beleidsuitgangspunten opgesteld binnen het beleidskader breed sociaal domein en wordt het uitvoeringsprogramma vernieuwd, mede op basis van de landelijke en lokale ontwikkelingen.

We stelden ons lokale plan voor het Gezond en Actief Leven Akkoord op (GALA). We zetten hierbij voornamelijk in op het bestaande programma Schouwen-Duiveland Vitaal. In samenwerking met de huisartsen startten we met budget van GALA Welzijn op Recept. In 2024 worden andere activiteiten opgepakt, zoals een visie maken gericht op het versterken van de sociale basis. Ook droegen we bij aan de Zeeuwse samenwerking om te komen tot een regioplan voor middelen uit het Integraal Zorgakkoord. Hiervoor geldt ook dat verdere uitwerking in 2024 volgt.

Onderwijs 

We investeren in de ontwikkeling van jeugdigen in samenwerking met het onderwijs en de kinderopvang. De samenwerking met onze partners is vastgelegd in het Onderwijsakkoord. 

Schoolbesturen en kinderopvang werken steeds nauwer samen. In deze ontwikkeling hielden wij oog voor de verbinding met de jeugdzorg. We faciliteerden de ondersteuningsteams en zorgen voor een goede verbinding met bestaande overlegvormen als het Jeugd Preventieoverleg en onze toegang.

Voor kinderen die onderwijsachterstanden hebben of oplopen voerden we het onderwijsachterstandenbeleid uit:

-    Hoe verliep monitoring van effecten?
-    We stelden ontwikkelen van beleid uit vanwege  andere prioriteiten en doen dit nu in 2024. 

Vanuit het Nationaal Programma Onderwijs hebben we rijksmiddelen ontvangen. In 2022 hebben we hiervoor een beleidsnotitie opgesteld om deze middelen te besteden aan de gestelde doelen. In 2023 investeerden we met deze middelen in: voorschoolse educatie, de Bibliotheek voor extra activiteiten in het voortgezet onderwijs, het Taalexpertisecentrum, verbinding onderwijs, opvang en jeugd en bewegingsonderwijs. Een belangrijk onderdeel is BLOEI!, het naschoolse activiteitenprogramma van  Schouwen-Duiveland. Het doel hiervan is om talenten (opnieuw) tot bloei te brengen. We monitorden de uitvoering en de effecten hiervan en leverden een evaluatie op om uiteindelijk in 2024 een voorstel te doen voor een structureel programma. Daarbij kijken we ook naar de verbinding in organisatie en uitvoering met Schouwen-Duiveland Vitaal en Opgroeien in een Kansrijke Omgeving.

Kunst, Cultuur en Erfgoed

Cultuur verbindt mensen, verbetert het leefklimaat en geeft ruimte voor talentontwikkeling. De komende periode investeren we in kunst en cultuur, waar mogelijk in samenhang met het gemeentelijk coronaherstelfonds. Op deze manier willen we de stichtingen en verenigingen op Schouwen-Duiveland stimuleren tot een kwaliteitsslag en vergroting van het aanbod. We sluiten aan op programma’s als BLOEI! en Schouwen-Duiveland Vitaal om kunst en cultuur daarin stevig te verankeren. We zetten in op onderlinge samenwerking en revitalisering waar nodig. Met name de musea op Schouwen-Duiveland hadden hierin onze bijzondere aandacht. Daarvoor startten we in 2023 het traject voor de ontwikkeling van een nieuw cultuur- en museumbeleid dat we in 2024 ter besluitvorming aan u voorleggen. Een andere belangrijke ontwikkeling is de realisatie van een nieuw cultuurpodium. Samen met Stichting Brogum hebben we in 2023 alvast enkele voorbereidingen getroffen en afspraken gemaakt over de nog uit te werken randvoorwaarden over bijvoorbeeld governance.

We koesteren (im)materieel erfgoed en houden het in stand. Ons erfgoed is interessant als onderdeel van ons toeristisch product, maar het behoud van het erfgoed heeft prioriteit. We brengen immaterieel erfgoed in beeld, zodat we er meer oog voor hebben en het beter kunnen koesteren en benadrukken. Het gaat om cultuuruitingen die worden beleefd als erfgoed en die onze inwoners een gevoel van identiteit en continuïteit geven. Voor het materieel erfgoed werkten we samen met het Erfgoedplatform Schouwen-Duiveland en zetten we in 2023 in op de uitwerking van hun adviezen in combinatie met het uitvoeren van het plan Dikke Toren van Centree.

Wet inburgering

1. Uitvoering Wet inburgering 
De nieuwe Wet inburgering trad op 1 januari 2022 in werking. In dit nieuwe inburgeringsstelsel hebben gemeenten de regie over de inburgering. In 2023 besteedden we extra aandacht aan het geven van goede voorlichting aan inburgeraars over hun inburgeringtraject. Dit deden wij door het voeren van persoonlijke gesprekken. Maar bijvoorbeeld ook door het maken van een routekaart van het inburgeringstraject en voorlichtingsmateriaal voor gezins-en overige migranten over de leertrajecten inburgering.

2. Uitvoering modules door externe partners
Vanuit de wet zijn er een aantal verplichte onderdelen voor de inburgeraar. Over deze verschillende maakten wij afspraken met externe partners. De samenwerking met deze partners verliep naar tevredenheid. De modules werden volgens afspraak uitgevoerd. Daarnaast vond er structureel overleg plaats voor het monitoren van de voortgang, het beantwoorden van vragen en het bespreken van eventuele knelpunten.  

In 2023 besteedden wij met name aandacht aan de samenwerking met Scalda in relatie tot de leertrajecten inburgering. De overeenkomst met Scalda loopt af per 1 januari 2024. Wij gaan voor een half jaar een nieuwe overeenkomst aan met Scalda. Dit geeft ons de tijd om voor een langere periode de leertrajecten inburgering in te regelen. Dit doen wij in samenwerking met Walcheren en de 6 andere gemeentes in de Oosterschelderegio. Wij gaan een gezamenlijke overeenkomst aan voor de leertrajecten inburgering met gezamenlijk contractmanagement. 

3. Gezins-en overige migranten
In 2023 zagen we opvallend veel gezins-en overige migranten die moesten inburgeren. In 2022 waren dit 4 personen, in 2023 waren dit 17 personen. Gezins-en overige migranten zijn zelf verantwoordelijk voor het kiezen en financieren van hun inburgeringstraject. De gemeente is echter wel eerste aanspreekpunt voor deze inburgeraars. We leggen een leerbaarheidstoets af, organiseren een Brede Intake, leggen het PIP vast en monitoren de voortgang van het inburgeringstraject. Dit kostte de betrokken klantmanagers meer tijd dan wij vooraf verwachtten.  

4. Taakstelling huisvesting statushouders
In 2023 moesten we 75 statushouders huisvesten. In totaal huisvestten wij 52 statushouders, een achterstand van 23 statushouders. De huidige woningvoorraad is niet voldoende om alle statushouders te huisvesten. Wij werkten aan creatieve oplossingen om de woningvoorraad uit te breiden. Bijvoorbeeld de huisvesting van 16 minderjarige statushouders in de Victoriakliniek.

Schuldhulpverlening en minimabeleid

Gemeentelijke minimaregelingen

We hanteren een minimabeleid waarbij een aantal inkomensondersteunende regelingen centraal staan. Iedere regeling kent daarbij een inkomensgrens en soms en vermogensgrens: indien een huishouden inkomen en vermogen heeft onder dit grensbedrag bestaat er recht op deze specifieke regeling. Uw raad heeft ons college in een motie gevraagd te onderzoeken of de inkomensgrens van een viertal minimaregelingen verhoogd kan worden. De raad stelt daarbij voor een inkomensgrens van 130% WSM te hanteren.

Om deze opdracht goed uit te kunnen voeren hebben we onderzoek gedaan naar de problematiek die deze groep treft en hoe de minimapopulatie op Schouwen Duiveland is samengesteld en wordt bereikt. Onderzoeksbureau KWIZ ontwikkelde in de loop van 2023 een Armoedemonitor in de vorm van een online dashboard. Samen met het dashboard leverden we in december 2023 een duidingsrapportage op waarin de belangrijkste bevindingen worden genoemd. Een belangrijke conclusie uit het rapport was dat het bereik van de regelingen over het algemeen in lijn ligt met het gemiddelde van andere gemeenten met een vergelijkbare omvang. Het dashboard is belangrijk voor het onderzoek naar de verruiming van de minimaregelingen om zo de financiële gevolgen van de verruiming in kaart te brengen.

Schuldhulpverlening
We bleven inzetten op vroegsignalering, schuldhulpverlening en het ondersteunen van minima. We voerden hiervoor het beleidskader schuldhulpverlening uit. Met dit beleidsplan beogen we een integrale aanpak, zodat naast schuldenaanpak ook aandacht is voor armoedebestrijding. Begin 2023 is de samenwerking met in het bijzonder SMWO en de lokale schuldhulpverlening door PLANgroep verder verstevigd. Medio 2023 evalueerden we de implementatie van vroegsignalering van schulden. De conclusie was dat de vooraf gestelde doelen zijn behaald en vroegsignalering succesvol binnen deze gemeente is geïmplementeerd. Eind 2023 is het team Vroeg Eropaf in zijn geheel ondergebracht bij het Loket Samenleving en Zorg. In 2024 gaan we aan de slag met de overige aanbevelingen die uit de evaluatie naar voren kwamen, waaronder procesgericht werken. Daarnaast wordt in 2024 ook nagedacht over hoe nazorg wordt geborgd en welke rollen daarin zijn weggelegd voor de overige ketenpartners (waaronder bijvoorbeeld de Voedselbank, Bibliotheek en Ruilwinkel).

Energietoeslag
Ook in 2023 konden inwoners een beroep doen op energietoeslag. De inkomensgrens voor de Energietoeslag 20223 is opgetrokken naar 150% van het sociaal minimum. Onze inwoners kunnen nog tot 1 april 2024 een aanvraag doen voor deze toeslag. 

Aanvullend koopkrachtbeleid
Voor minima zijn er al veel verschillende regelingen, zowel lokaal als vanuit het Rijk. Voor de groep die vanwege hun inkomen niet in aanmerking komen voor minimaregelingen geldt dit niet. We denken hierbij specifiek aan gezinnen met jonge kinderen, jongeren en ouderen (65+). Met het project ‘Koopkracht’ zetten we ons in 2023 juist voor die groep in die voorheen goed kon rondkomen maar door de stijgende prijzen in de problemen komt. Deze inzet krijgt in 2024 een vervolg.

9.4 WAAR GAAN WE NAAR TOE MET DE TRANSFORMATIE IN HET SOCIAAL DOMEIN?

Terug naar navigatie - 9.4 WAAR GAAN WE NAAR TOE MET DE TRANSFORMATIE IN HET SOCIAAL DOMEIN?

De dynamiek in het sociaal domein blijft onveranderd hoog: er komt nog steeds nieuwe wet- en regelgeving naar gemeenten toe, de onderlinge relatie is groot en alleen in samenhang kan de uitvoering van alle taken tot meerwaarde voor onze inwoners en efficiency in de bedrijfsvoering leiden. De druk op de zorgpartners is hoog met scherpe tarieven en een heel uitdagende arbeidsmarkt.  Om het geheel te overzien en aan te sturen is regie vanuit de gemeente hard nodig. We kunnen het niet alleen. Een goede samenwerking met onze partners en met de overige (Zeeuwse) gemeenten is noodzakelijk om onze doelen te behalen, kennis te delen en realistische afspraken te maken. Met dit alles in het achterhoofd, richtten we ons op de volgende hoofdlijnen:

1. Een (nog) betere kwaliteit van zorg en ondersteuning
a. We sloten het Verbetertraject toegang Sociaal Domein van de VNG af en stelden een bestuursopdracht vast die tot doel heeft de toegang te verbreden en het welzijnsnetwerk op Schouwen-Duiveland daarbij te betrekken. Eind 2023 startten we dit traject met de aanstelling van een procesleider Sociaal Domein.

2. Integraal samenwerken
a. We ontwikkelden een bestuursopdracht beleidskader breed sociaal domein die in 2024 vastgesteld wordt. Dit beleidskader gaat nieuwe richting geven aan het brede sociaal domein. 
b. We hebben ons sturingsmodel ‘Integraal dienstverleningsmodel’ geëvalueerd. Een nieuwe visie op een sturingsmodel in ons brede sociaal domein ontwikkelen we in 2024 binnen de bestuursopdracht ‘beleidskader breed sociaal domein’.

3. Grip op financiën
De kostenontwikkeling van de Wmo stijgt stabiel, maar minder hard dan de stijging van de groep ouderen op Schouwen-Duiveland. In 2023 bleven we inzetten op de maatregelen vanuit Grip op Wmo en met name het doelgericht beschikken. Voor Jeugd zagen we een stijging in de kosten door een toename van ambulante jeugdhulp. Dit heeft te maken met de afname van jeugdhulp met verblijf. Voor onder andere deze ontwikkeling heeft u bij behandeling van de septembercirculaire een stelpost gereserveerd bestaande uit extra Rijksmiddelen voor gestegen kosten. Voor de Participatiewet lag ook in 2023 de focus op uitstroom van cliënten en het toepassen van loonkostensubsidie om zoveel mogelijk inwoners aan werk te helpen. Ook afgelopen jaar was de uitstroom hoger dan de instroom en resulteerde in een positief financieel beeld.

Een manier om de oplopende kosten in het sociale domein tegen te gaan is het voorkomen en tegengaan van onrechtmatigheid en zorgfraude. Volgens de Algemene Rekenkamer wordt landelijk 3 tot 8% van € 80 miljard aan zorguitgaven onterecht uitgegeven, doordat zorggelden niet rechtmatig of zelfs frauduleus worden besteed. Dat betekent dat onze gemeente een aanzienlijke besparing kan boeken door onrechtmatigheid en zorgfraude te voorkomen. We zetten in 2023 in op het voorkomen en tegengaan van onrechtmatigheid en zorgfraude en hebben ons aangesloten bij het Informatieknooppunt zorgfraude. Samen met de 13 Zeeuwse gemeenten stelden we een beleidsplan toezicht en zorgfraude vast. In 2024 volgt de uitvoering met het aanstellen van een kwartiermaker en toezichthouders. 

Voor een effectievere aanpak van fraude in de zorg is het noodzakelijk dat instanties (bijzondere) persoonsgegevens kunnen uitwisselen. De wet Bevorderen samenwerking en rechtmatige zorg biedt hier de grondslagen voor. Binnen deze wet worden ten aanzien van geconstateerde knelpunten, de mogelijkheden tot samenwerking en de daarvoor benodigde gegevensuitwisseling ten behoeve van bestrijding van fraude in de zorg verbeterd. Binnen de kaders van privacyregelgeving, met oog voor de gevoeligheid van de gegevens. In juli 2023 is de wet door de Eerste Kamer aangenomen.

4. Monitoren en analyseren
We steken veel energie in het op orde (laten) brengen van de kwaliteit van de gegevens en de uitwisseling, zowel binnen de eigen organisatie als de samenwerkingsverbanden IJZ en SWVO. De monitoring van kosten in de jeugdhulp is binnen IJZ verder op orde gebracht en geeft ons goede inzichten op de ontwikkeling en prognose van onze eigen kosten. Ook de samenwerking met SWVO verloopt goed, waardoor we op Jeugd en Wmo goed in beeld hadden voor 2023.

Terug naar navigatie - 9.6 TRENDS EN ONTWIKKELINGEN

Kwetsbaarheid zorginstellingen in Zeeland en krapte arbeidsmarkt 

De afgelopen jaren hebben diverse grote Zeeuwse zorginstellingen moeilijkheden gekend in hun voortbestaan. Het zijn organisaties die voor het zorgaanbod in Zeeland ‘too big to fail’ zijn en waar we als gemeenten de verantwoordelijkheid voor voelen en nemen om het voortbestaan veilig te stellen. De decentralisaties met nieuwe contractafspraken, de gevraagde transformatie, het hoge personeelsverloop en de moeilijkheid om aan nieuw personeel te komen, zorgen bij een aantal grote zorgorganisaties voor een grote opgave om een kwalitatief goed en qua omvang voldoende zorgaanbod aan te blijven bieden. Het Rijk heeft dit ook geconstateerd en onderneemt momenteel stappen om met name binnen de specialistische jeugdzorg toe te werken naar meer centralisatie via verplichte regionale samenwerking.

De krappe arbeidsmarkt in de zorgsector werkt door in heel Zeeland. Het is lastig om deskundig personeel naar Zeeland te halen en jongeren te binden. In de zorg ontstaan hierdoor personeelstekorten en wachtlijsten, maar ook de opvolging van huisartsen is een groot vraagstuk. Om de zorg in Zeeland toegankelijk te houden en daarmee de leefbaarheid voor Zeeuwen te borgen, heeft een groot aantal partijen de krachten gebundeld in de Zeeuwse Zorg Coalitie. Het samenwerkingsverband wil een oplossing vinden voor de gevolgen van de vergrijzing en ontgroening, met problemen als personeelstekorten, een toename van het aantal kwetsbare ouderen en lange aanrijtijden voor acute zorg. Inmiddels zijn ook provincie en gemeenten aangesloten bij de initiatiefnemers. .

Wetsvoorstel Aanpak meervoudige problematiek sociaal domein (Wams) 

Het voorstel voor de Wet aanpak meervoudige problematiek sociaal domein (Wams) is na de zomer ingediend bij de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel wordt vergezeld van een Nader Rapport. Hierin wordt aangegeven hoe het advies van de Raad van State over het conceptwetsvoorstel is verwerkt in de wettekst. De adviezen van de Raad van State richtten zich op:

1.    een onvolledige probleemanalyse, waardoor de onderdelen van de wet die voor een oplossing en een meer gecoördineerde aanpak als onvoldoende doordacht werden aangemerkt. 
2.    een versterking van de (rechts)bescherming van de kwetsbare burger, zowel in wetsvoorstel als uitvoeringspraktijk.

De WAMS werd in september controversieel verklaard. Onbekend is op welk termijn de Tweede en Eerste kamer de behandeling van deze wet weer oppakken..
In de tussentijd werkt het Rijk samen met de VNG, Divosa en partners uit het veld aan de voorbereidingen van de implementatie. Het wetsvoorstel biedt een wettelijk kader voor gemeenten om nog beter de regie te pakken op een gecoördineerde aanpak in gevallen van meervoudige problematiek in het sociaal domein. Het waarborgen van de privacy voor de inwoner en regie op de aanpak van meervoudige problematiek bij gemeenten vormen ook de belangrijkste uitgangspunten bij de voorbereidingen voor de implementatie van de wet.