Algemeen
Het openbaar groen is ons natuurlijk kapitaal. Groen kleedt de buitenruimte aan en zorgt ervoor dat we ons buiten prettig voelen. Wetenschappelijk is aangetoond dat groen in de openbare ruimte effect heeft op het welbevinden en de gezondheid van mensen. Ook is groen een belangrijk instrument in de klimaatadaptatie, bijvoorbeeld in wateropvang en –berging en het tegengaan van hittestress. Openbaar groen speelt ook een rol in het streven naar een grotere biodiversiteit, wat noodzakelijk is om een evenwichtige en veerkrachtige leefomgeving voor mens en dier te realiseren.
Kwaliteit
Vanuit de visie Integraal Beheer Openbare Ruimte (IBOR) werken we aan een duurzame en veilige omgeving. We werken volgens de gouden driehoek inrichting, beheer en gebruik. Voor het openbaar groen betekent dit, dat we het onderhoud in centra op kwaliteitsniveau A uitvoeren (volgens de CROW-kwaliteitscatalogus). In de woon- en verblijfsgebieden hanteren we kwaliteitsniveau B. In nauw overleg met onze groenpartners en met behulp van intensieve kwaliteitsmetingen houden we de vinger aan de pols wat betreft beeldkwaliteit en bepalen we of we ons ambitieniveau halen.
Speerpunten
Groenbeleids & groenbeheerplan
In 2024 is het groenbeleids & groenbeheerplan vastgesteld. In dit plan hebben we onze visie, doelen en ambities voor het openbaar groen uitgewerkt. Welk groen (inclusief onze bomen) willen we beschermen en hoe we ons groen (inclusief onze bomen) duurzaam in stand houden. Hiermee zijn ook kaders voor nieuwe inrichtingen bepaald. We hebben afgesproken hoe bewoners kunnen participeren, hoe we kwaliteit van het groen borgen en hoe we participatie projecten/gebieden met elkaar vastleggen. Helder is wat de kosten zijn van het onderhoud en ook de structurele vervangingen om het groen duurzaam in stand te houden op het gewenste kwaliteitsniveau. De benodigde budgetten nemen we via de lijst te honoreren prioriteiten 2025-2028 structureel op in de begroting. In 2024 voeren we een 0-meting "technische staat van de beplanting" over heel het eiland. Hierbij worden de volgende beheergroepen beoordeeld: heesters, rozen, vaste planten en hagen. Op basis hiervan weten we de kwaliteit en wat we de komende jaren moeten vervangen. Dit kan ook worden afgestemd op de renovaties vanuit riolering en bestrating, om zoveel mogelijk integraal te werken. Bij vervangen en renovatie van beplantingen gaan we ook kritisch kijken naar de soortkeuze (dragen ze bij aan de biodiversiteit) en dat het doelmatig en effectief te beheren is door het uitvoeringsbedrijf. Bij het toepassen van nieuwe bomen is de norm diversiteit. Dus niet meer 20 bomen van dezelfde soort in een laan, maar meerdere soorten wat beter is voor spreiding van ziektes en monoculturen worden voorkomen. Ook kijken we steeds of het soort een bijdrage levert een de ecosysteemdiensten (bv nectarbron voor insecten).
Groen integreren
Zoals verwoord in de visie Integraal Beheer Openbare Ruimte (IBOR) werken we zoveel mogelijk integraal. Werkzaamheden in de openbare ruimte stemmen we op elkaar af. Hiermee voorkomen we overlast voor de inwoners en gaan we efficiënt om met de beschikbare middelen. We werken aan een efficiënt te beheren areaal, door een evenwicht te zoeken in dagelijks onderhoud en groot onderhoud. Wanneer regulier onderhoud niet langer effectief is, vervangen we het groen of vormen we het groen om, met als uitgangspunt kwaliteitsverbetering (groenactieplannen). Aanleiding kan zijn gebieds- en/of interdisciplinaire projecten of vervanging/renovatie in verband met niet functioneren, ziektes en plagen of leeftijd van de beplanting.
In vrijwel alle projecten die Openbare Werken oppakt zit een onderdeel 'groen'. De aanleiding voor de gebiedsprojecten is in veel gevallen civiel (riolering en/of verharding). In deze projecten loopt groen mee in de onder Wegen en Riolering geplande projecten. Ook kan herinrichting onderdeel vormen van de uitvoering van een masterplan stad- of dorpsvisie.
Biodiversiteit
Een van de doelen uit het nieuwe beleid is om de biodiversiteit te vergroten. In 2024 ligt de focus op het uitvoeren van twee nulmetingen. De eerste meting wordt gedaan op vegetatiebeheer. Dit zijn alle grassen in de gemeente, van zowel gazons tot bermen en alles wat daar tussen zit. Op basis van deze nulmeting kunnen we het maaibeheer gaan aanpassen. Ook kunnen we monitoren of in de loop van de jaren de samenstelling veranderd. Kort samengevat: krijgen we meer diversiteit aan planten in de gemeente wat weer kansen biedt voor de fauna. Voor 2025 ligt de focus om het maaibeheer in de Westhoek aan te passen. Belangrijk onderdeel van het nieuwe maaibeleid is de communicatie richting de burgers. Dit onderdeel wordt uitgewerkt met de afdeling communicatie. Ook worden de stads- en dorpsraden hierbij betrokken.
De tweede biodiversiteitsnulmeting wordt gedaan bij de beplanting, houtige beplanting (bosplantsoen) en oever- en moerasvegetatie. Om de biodiversiteit te vergroten is het van belang om eerst te weten wat we hebben. Vanaf dat nulpunt kan verder worden geanalyseerd waar de kansen liggen en waar naartoe gestreefd moet en kan worden.
Bewegen en ontmoeten
Ontmoetingsplekken met beweegvoorzieningen zijn vaak burgerinitiatieven, die een plek kunnen krijgen in de buitenruimte. Jeu de boules banen, fitnesstoestellen of beweegtoestellen voor ouderen vragen een zorgvuldige inpassing en goede afspraken over gebruik en beheer. We focussen op heldere afspraken in het beoordelen en realiseren van burgerinitiatieven. Dit wordt in samenwerking uitgewerkt met de afdeling wonen, werken en leven.
Speelruimtes
Het speelruimtebeleid vormt het toetsingskader voor renovaties en burgerinitiatieven. Vanuit de wettelijke zorgplicht en voor een veilig gebruik van onze speelvoorzieningen voeren we jaarlijks twee keer een inspectie uit aan de speeltoestellen. Op basis hiervan worden reparaties of vervangingen uitgevoerd. In 2024 is een nieuwe natuurspeelplaats aangelegd in Burgh-Haamstede. Dit is een voorbeeld van een centraal gelegen plek voor diverse leeftijdsgroepen. Dit ligt ook in de visie van het speelruimtebeleid.
Klimaatadaptatie
Groene ontwikkelingen in de buitenruimte hebben een rol in de klimaatadaptatie. Bomen en groen hebben een positief effect op de leefomgeving. Ze verbeteren de waterhuishouding, beperken opwarming en hittestress en dragen bij aan een betere luchtkwaliteit. Opvang en slim omgaan met regenwater vraagt minder verharding en meer groen. Onder andere met de actie tegelwippen spelen we hierop in. Waar mogelijk kiezen we voor waterdoorlaatbare verharding, zoals op parkeerplaatsen. Met het strategisch planten van bomen kunnen we schaduwplekken of -routes creëren. Een meer robuuste groenstructuur met meer variatie is positief in het kader van klimaatadaptatie en biodiversiteit.
Droogte en hevige buien hebben ook invloed op het groenbeheer. Door het veranderende klimaat kost het veel tijd en geld om water te geven in droge periodes. Ook is de beschikbaarheid van zoetwater beperkt. Het beregenen van natuurgrasvelden in droge periodes is gezien duurzaamheid en de hoge kosten niet meer verkoopbaar. Inmiddels hebben ook vier van de negen verenigingen een kunstgrasveld. Hierdoor kunnen deze clubs jaarrond voetballen en trainen. In 2025 gaan we nog twee nieuwe kunstgrasvelden aanleggen. Te weten bij Wik'57 in Kerkwerve en een extra veld bij MZC'11 in Zierikzee. Bij Zierikzee leggen we ook een waterberging onder het veld aan. Dit water kunnen we gebruiken voor het beregenen van de natuurgrasvelden bij deze club maar ook kan het uitvoeringsbedrijf hier water kan "tappen" voor het watergeven van nieuw aangeplant groen. Hierover moeten wel schriftelijk afspraken worden gemaakt met de vereniging, zodat duidelijk is wie het eerste recht heeft. In 2024 heeft het college ook de nieuwe beleidslijn kunstgrasvelden vastgesteld. Alle nieuwe aanvragen worden aan dit beleid getoetst. Hierbij hebben we een duidelijk instrument om tot een goed besluit te komen of een vereniging wel of niet in aanmerking komt voor een kunstgrasveld.
Financiën
Groen
We werken voor het groenonderhoud met exploitatiebudgetten. De verdere vertaling vanuit het IBOR voor de benodigde budgetten op het gebied van groen hebben we definitief vastgesteld met het nieuwe beleids- en beheerplan Groen 2024-2028. Op de lijst te honoreren prioriteiten 2025 - 2028 hebben we naar aanleiding van de vaststelling van het beleids- en beheerplan een jaarlijks budget op van € 568.031 opgenomen.
Speelruimtes
Binnen de voorziening speelruimtes zijn voor de begrotingsjaren de volgende mutaties geraamd: