Omschrijving (toelichting)
De ramingen in deze programmabegroting zijn gebaseerd op de uitkomsten van de meicirculaire 2023 (vast te stellen door de raad op 28 september 2023). De ramingen van de algemene uitkering zijn in lopende prijzen.
Nieuwe financieringssystematiek
Tot en met 2023 groeide de omvang van het gemeentefonds mee met de uitgaven van het Rijk. Dit is de trap-op-trap-af methode. Vanaf de meicirculaire 2024 past het Rijk een nieuwe financieringssystematiek toe. Dit betekent dat het Rijk het accres koppelt aan de ontwikkeling van het bruto binnenlands product. Het Rijk baseert het volume accres op een 8-jaars historisch gemiddelde van de ontwikkeling van het bruto binnenlands product. Het Rijk zou deze nieuwe financieringssystematiek eigenlijk pas in 2027 invoeren. De koppeling van het accres aan de ontwikkeling van het bruto binnenlands product (bbp) zorgt voor een stabiele en beter beheersbare financiering voor gemeenten.
Het volume accres en LPO accres daalden door de gewijzigde bbp-indexatie. Hier ontvangen we een incidentele compensatie voor. In 2024 en 2026 tot en met 2029 compenseert het Rijk de negatieve effecten volledig. In 2025 compenseert het Rijk het negatieve effect voor ongeveer de helft.
Jeugdzorg
Het Rijk en de VNG hebben 18 april dit jaar een financieel principeakkoord bereikt voor de Hervormingsagenda Jeugd. In de meicirculaire 2023 wordt voor jeugdzorg, onder voorbehoud van omzetting naar een definitief akkoord op de Hervormingsagenda, voor 2024 € 1.454 miljoen en voor 2025 € 954 miljoen beschikbaar gesteld.
Verder is één van de financiële afspraken in het principeakkoord dat de huidige besparingsreeks van € 374 miljoen voor 2023, € 463 voor 2024, € 570 voor 2025 voor 2023 tot en met 2025 bevroren is op het niveau van € 374 miljoen. Voor 2026 staat de besparing, zoals voorzien, op € 961 miljoen en loopt op tot iets meer dan € 1 miljard voor 2027. Ook zijn afspraken gemaakt over de aanvullende besparing van € 100 miljoen voor 2024, waarbij de Rijksoverheid de verantwoordelijkheid heeft om deze besparing in te vullen met (wettelijke) maatregelen. Voor 2024 geldt dat de geraamde extra besparing van € 100 miljoen vanwege een vertraging in de totstandkoming van de Hervormingsagenda Jeugd is vervallen. Het vervallen van de extra korting voor 2024 heeft geen budgettair effect. Het verloopt budgettair neutraal, omdat gemeenten in de begroting voor Jeugdzorg rekening moeten houden met de voorgenomen besparing en een lagere raming voor de uitgaven.
In de algemene uitkering hadden we middels een stelpost al rekening gehouden met deze ontwikkelingen. Alleen het bevriezen van de besparingen van 2024 en 2025 op het niveau van 2023 heeft een voordelig effect voor de algemene uitkering in 2024 en 2025.
Btw-compensatiefonds
Een eventueel overschot in het BTW-compensatiefonds (BCF) wordt toegevoegd aan het gemeentefonds en na afloop van het jaar uitgekeerd aan gemeenten. Gemeenten mogen de vrijval in het jaar 2023, die in 2024 wordt afgerekend, ook voor de komende jaren als extra inkomsten uit de algemene uitkering begroten. Voor onze gemeente gaat dit over een bedrag van € 1 miljoen. Wij zetten voor de komende jaren € 500.000 als extra inkomsten.