Uit de voorjaarsnota is gebleken dat het ravijnjaar 2026 twee jaar wordt uitgesteld door extra compensatie via het gemeentefonds in de jaren 2026 en 2027. Desondanks laat deze Kadernota zien dat er meerjarig grote tekorten ontstaan, wanneer we alle ontwikkelingen in het bestaande beleid en alle uitbreidingsinvesteringen in de programmabegroting opnemen. Om een sluitende programmabegroting te realiseren zullen dus keuzes moeten worden gemaakt. Keuzes die ook nodig zijn om de doelen uit de herijkte Strategische visie te kunnen realiseren.
Inleiding
Inzetten op realistisch begroten en plannen
Terug naar navigatie - Inzetten op realistisch begroten en plannenWe zien al vele jaren dat we aanzienlijke bedragen aan investeringen doorschuiven en dat we vele miljoenen overhouden in onze jaarrekening. Ook zien we dat in de Lange termijnagenda met regelmaat planningen worden doorgeschoven. Tegelijkertijd wordt er een hoge werkdruk ervaren door de hoeveelheid aan ambities en te weinig beschikbare realisatiekracht. Dit laat zien dat onze ambities niet in balans zijn met onze realisatiekracht. Ook onze accountant geeft al een aantal jaar aan dat de ambities niet in balans zijn met de realisatiekracht. Daarin zijn we niet uniek. Ditzelfde beeld ervaren anderen gemeenten ook. Behalve door beschikbare realisatiekracht blijft uitvoering van ambities ook achter als gevolg vertraging door te doorlopen procedures, stikstofproblematiek en problematiek rondom de netcongestie.
Ieder jaar worden bij de Kadernota en Programmabegroting weer nieuwe investeringen en activiteiten, met bijbehorende middelen, toegevoegd. Het is belangrijk dit patroon te doorbreken.
Dit vraagt voor de komende periode een gezamenlijke opgave voor bestuur en organisatie om inzichtelijk te maken welke lopende investeringen, lopende activiteiten, welke budgetten echt nodig zijn en welke capaciteit dit vraagt. En daarmee te komen tot een realistische begroting en planning. Deze opgave sluit aan bij het advies van de accountant, als ook bij aan de Motie creëren balans tussen ambities en realisatiekracht. Deze motie nam de raad aan bij de Programmabegroting 2025-2029 (motie M2). In deze motie vraagt de raad het college om in 2025 voortvarend aan de slag te gaan met het verkrijgen van inzicht in welke wettelijke en autonome taken wij uitvoeren en welke middelen hiervoor nodig zijn en dit uiterlijk in het 4° kwartaal van 2025 op te leveren aan de gemeenteraad. Om daarna met de uitkomsten hiervan in het 2° kwartaal van 2026 gezamenlijk met de nieuwe gemeenteraad een tweede stap te zetten in het vinden van ruimte voor nieuwe ambities en welke andere keuzes daarbij gemaakt zouden kunnen worden.
Het resultaat van deze gezamenlijke opgave levert, naast een duurzame financiële planning, tevens een vermindering van werk- en sturingsdruk.
Vanuit deze opgave betrekken we de financiële gevolgen van de onontkoombare ontwikkelingen in het bestaand beleid en de onontkoombare en urgente uitbreidingsinvesteringen bij de prognose van de budgettaire ruimte in deze Kadernota . Voor de overige uitbreidingsinvesteringen geven we nog geen richtinggevende keuzes mee.