Voor de prognose van de budgettaire ruimte 2026-2029 brengen wij per sub-programma in deze bijlage de ontwikkelingen in beeld die, op basis van bestaand beleid, een financieel onontkoombaar gevolg hebben.
Bijlage 1 Bestaand beleid - onontkoombaar
Onontkoombaar programma 2 wonen
Sub-programma 2.1 Goed en realistisch voorzieningenniveau
Terug naar navigatie - Sub-programma 2.1 Goed en realistisch voorzieningenniveauFinanciƫle vertaling cultuurvisie
Terug naar navigatie - FinanciĆ«le vertaling cultuurvisieOp 27 februari heeft de gemeenteraad de cultuurvisie 2025-2028 vastgesteld, hiervoor stelden wij ook het uitvoeringsprogramma bij de cultuurvisie vast. Op verzoek van de raad is de cultuurvisie en de uitvoeringsnota hierbij op hoofdlijnen vertaald in een werkprogramma "Van Ambitie naar Realisatie”. De financiële vertaling daarvan is vervat in een meerjarenbegroting 2025-2028. Hierin is per onderdeel een budget geraamd bij de verschillende beleidsvoornemens. Een deel van deze beleidsvoornemens verwerken we al financieel via de Kadernota 2026-2029.
Huur bewegingsonderwijs primair- en voortgezet onderwijs
Terug naar navigatie - Huur bewegingsonderwijs primair- en voortgezet onderwijsMet Stichting VOOR (voorheen Pontes) zijn afspraken gemaakt over het gymonderwijs. Een aantal onderbouwklassen van het primair onderwijs gymt bij het Pieter Zeeman Lyceum (PZL). Reden hiervoor is dat het PZL op loopafstand is. De gemeente betaalt hiervoor een klokuurvergoeding aan het PZL. Leerlingen van het PZL gymmen nu bij Laco. PZL betaalt hiervoor huur aan Laco. In de 'Overeenkomst kleine gymzaal Pieter Zeeman Lyceum' is afgesproken dat de gemeente het verschil betaalt tussen de huur aan Laco en de klokuurvergoeding aan PZL. Het blijkt dat de gymzalen bij Laco niet voldoen aan de norm voor bewegingsonderwijs voor middelbare scholieren. Daarom is Laco genoodzaakt om materiaal aan te schaffen. Zij verrekenen dit met de huurprijs. Het verschil betaalt de gemeente. De exacte bedragen zijn nog niet bekend. We maakten een inschatting hiervan.
Sub-programma 2.2 Wonen naar Wens
Terug naar navigatie - Sub-programma 2.2 Wonen naar WensGebiedsvisie Zuid-Oostflank
Terug naar navigatie - Gebiedsvisie Zuid-OostflankOp 11 april 2023 heeft de gemeenteraad de gebiedsvisie Zuidoostflank Zierikzee vastgesteld. Deze gebiedsvisie bevat het kader voor een integrale gebiedsontwikkeling, met nieuwe bedrijfsmatige ontwikkelingen met bijbehorende infrastructuur, waarbinnen ook het nieuwe 150 KV station past. We zijn aan de slag met de grondverwerving. Met één grondeigenaar zijn we, ambtelijk, tot overeenstemming kunnen komen over aankoop. De financiële consequenties nemen we mee in deze kadernota. Met andere grondeigenaren zijn we nog niet tot overeenstemming kunnen komen. Het verder tot ontwikkeling brengen van dit gebied heeft komende jaren financiële consequenties en brengt financiële risico's met zich mee.
Gebiedsvisie Zierikzee Noordwest
Terug naar navigatie - Gebiedsvisie Zierikzee NoordwestWe hebben een (concept) gebiedsvisie gemaakt om een verantwoorde groei van de stad Zierikzee mogelijk te maken. De concept-visie geeft antwoord op de vraag waar we losstaande ontwikkelingsmogelijkheden zien voor onder meer betaalbaar wonen, uitbreiding parkeerbehoefte en verdere clustering van de sportvoorzieningen. We zijn al het participatietraject voor deze visie gestart. We hebben ook de grondverwerving op gepakt. Met één grondeigenaar zijn we, ambtelijk, tot overeenstemming kunnen komen over aankoop van gronden voor Wonen, Parkeren en Hoofdinfra (RWS opgave). De financiële consequenties nemen we mee in deze kadernota. Het verder tot ontwikkeling brengen van dit gebied heeft komende jaren financiële consequenties en brengt financiële risico's met zich mee.
Gladheidsbestrijding UOR
Terug naar navigatie - Gladheidsbestrijding UOROp dit moment is de gladheidsbestrijding voor een gedeelte (in de kernen) in eigen beheer van de gemeente en wordt op de hoofdwegen verzorgd door het Samenwerkingsverband gladheidbestrijding. Rijkswaterstaat is sinds 2021 trekker van dit samenwerkingsverband. Het contract met het samenwerkingsverband loopt af op 1 mei 2026. Daarom is nu het moment om keuzes te maken of wij de huidige werkwijze/gebiedsverdeling willen behouden.
Overwegingen daarbij zijn onder andere de volgende ontwikkelingen die op ons afkomen:
• Het materieel om de gladheid te bestrijden is technisch versleten en bovendien niet gedigitaliseerd, waardoor de routes in de hoofden van de chauffeurs moeten zitten en wegbreedtes handmatig ingesteld moeten worden. Dit leidt tot zoutschade.
• 8 van de 11 medewerkers die nu de gladheidsbestrijding uitvoeren is binnen 10 jaar met pensioen.
• Het gedeelte van het terrein dat gebruikt wordt voor de opslag van het zout moet vernieuwd worden omdat deze in slechte staat verkeerd. Ook moet geïnvesteerd worden in een installatie om zout op te lossen om nat te kunnen strooien.
We zijn in overleg over de mogelijkheden om na 1 mei 2026 de gladheidsbestrijding in zijn geheel over te dragen aan het samenwerkingsverband. Rijkswaterstaat heeft aangegeven dat de interesse bij lokale ondernemers om in te schrijven op dit gladheidsbestrijdingsproject minimaal is en dat uit recente aanbestedingstrajecten blijkt dat de inschrijfprijzen 30 a 40% duurder uitvallen. Als we de gladheidsbestrijding in de kernen in eigen beheer houden, is gezien bovenstaande ontwikkelingen extra investering in materieel en huisvesting nodig. In beide scenario’s staan we onontkoombaar voor hogere lasten.
Sub-programma 2.4 Goed en betaalbaar aanbod van zorg en welzijn
Terug naar navigatie - Sub-programma 2.4 Goed en betaalbaar aanbod van zorg en welzijnSWVO wachtlijsten Wmo
Terug naar navigatie - SWVO wachtlijsten WmoVoor de voorzieningen Hulp bij het Huishouden (HH), Begeleiding Thuis (BT) en Dagbesteding (DB) zijn de ramingen voor 2025 en 2026 geactualiseerd. Deze herberekeningen zijn gebaseerd op de realisatiecijfers over 2024 en de door SWVO verstrekte indexcijfers. Daarnaast is bij de berekening rekening gehouden met de effecten van het afnemen van wachtlijsten en de overgang van lumpsumfinanciering naar een systematiek op basis van prijs maal hoeveelheid (p x q). Het afnemen van de wachtlijst veroorzaakt een kostenstijging. De overgang van lumpsum naar p x q brengt naar verwachting geen grote kostenstijgingen met zich mee. Dit komt doordat niet alle geïndiceerde uren worden gedeclareerd en er beheersmaatregelen van kracht zijn. Wel moet worden opgemerkt dat, wanneer de arbeidsmarktkrapte afneemt of een van de grote aanbieders meer dan 90% van de geïndiceerde zorg structureel weet te leveren, een stijging van de kosten alsnog aannemelijk is. Op basis van deze actualisatie vallen de verwachte kosten voor BT en DB lager uit dan eerder door SWVO geraamd. Voor HH wordt een licht hogere uitkomst voorzien. Deze is voornamelijk het gevolg van de toe te passen indexaties voor kostprijs en volumestijging als gevolg van de vergrijzing.
Daarnaast stijgen de kosten van de hulpmiddelen in 2025 met ongeveer 8%. Voor 2026 wordt bij de hulpmiddelen een stijging van ca. 25% verwacht.
Eigen bijdrage Wmo
Terug naar navigatie - Eigen bijdrage WmoDe hoogte van de eigen bijdrage gaat volgens de hiervoor geldende nieuwe planning per 1-1-2027 veranderen. De verandering was oorspronkelijk bedoeld voor 1-1-2026. Deze datum wordt niet gehaald en is losgelaten. De eigen bijdrage wordt inkomens-en vermogensafhankelijk en zal stijgen voor mensen met een inkomen hoger dan 120% van het minimum en oplopen naar maximaal € 298 (prijspeil 2024). Mensen met een inkomen tot 120% blijven de bestaande bijdrage van ca. € 21 per maand betalen. Dit betekent dat we vanaf 2027 een hogere eigen bijdrage zullen ontvangen en er mogelijk minder mensen gebruik gaan maken van met name huishoudelijke ondersteuning. Hoeveel meer in € en hoeveel minder in aantallen valt nu niet te voorspellen. Hiervoor hebben we meer informatie nodig over de inkomenssamenstelling van de gebruikers. Het grootste effect zal naar verwachting komen uit de stijging van de eigen bijdrage en in mindere mate door de daling van het aantal gebruikers. We moeten ons niet rijk rekenen hiermee. Zeker in het licht van de dubbele vergrijzing en de stijgende tarieven.
Aanbesteding Jeugdhulp 2026 en 2027
Terug naar navigatie - Aanbesteding Jeugdhulp 2026 en 2027Op 31 december 2025 lopen de contracten voor jeugdhulp af. Daarom is eind 2023 gestart met de voorbereidingen van een nieuwe aanbesteding. Het Rijk legt gemeenten (regio’s) op om reële tarieven te hanteren voor de uitvoering van jeugdhulp. Aan de hand van een recent uitgevoerd kostprijsonderzoek is naar voren gekomen dat de kosten voor jeugdhulp fors stijgen. Deze kosten kunnen we gedeeltelijk opvangen met de compensatie voor jeugd die het Rijk in de Voorjaarsnota 2025 aankondigt en verwerkt in de meicirculaire 2025. De aanbesteding voor de jaren 2026 en 2027 is in volle gang.
Onontkoombaar Bedrijfsvoering
(Mobiele) huisvesting in de kernen medewerkers UOR
Terug naar navigatie - (Mobiele) huisvesting in de kernen medewerkers UORAls werkgever zijn wij verantwoordelijk voor het zorgen voor de veiligheid en gezondheid van de medewerkers. Hierbij moeten wij voldoen aan een aantal verplichtingen uit de Arbowet. Ook vanuit meerdere medewerkers is de dringende behoefte uitgesproken om een eigen schaftruimte te hebben met een toiletvoorziening en een ruimte waar natte werkkleding gedroogd kan worden. De medewerkers hebben aangegeven dat er behoefte is aan een ruimte waar medewerkers tijdens de lunchpauze kunnen ontspannen en met elkaar in gesprek kunnen. Dit onderwerp is ook aangedragen door de preventiemedewerker en de ondernemingsraad. Voor de medewerkers van de buitendienst moeten er in de nabijheid daar waar de werknemers hun werkzaamheden verrichten voldoende aantal toiletten aanwezig zijn.
Onontkoombaar gemeenschappelijke regelingen
Ontwikkelingen
Terug naar navigatie - OntwikkelingenMuziekschool
De Muziekschool trok inmiddels de conceptbegroting 2026 in vanwege technische onvolkomenheden. We verwachten voor 1 juli een aangepaste begroting te ontvangen. Naar verwachting wordt deze – evenals de ingetrokken versie - opgesteld met toepassing van de VZG-bezuinigingsrichtlijn van 2,2%. Voor onze gemeente levert dat een structureel voordeel op van € 6.125.
VRZ
Door de VZG richtlijn is er sprake van een niet sluitende begroting met een tekort van € 1.539.540. In het AB van 11 april is besloten een oplossingsrichting voor te leggen aan de deelnemende gemeenten. Met deze oplossingsrichting betekent dit samengevat dat de helft van het tekort bij de VRZ terecht komt (via een taakstelling in hun begroting) en de helft bij de deelnemers. Het verwerken van deze oplossingsrichting in onze begroting leidt tot een incidenteel voordeel van € 130.771 (jaren 2026 t/m 2028) en een structureel nadeel van € 81.860 (vanaf 2029). Dit laatste komt vooral door al in eerdere begrotingen aangekondigde stijging van kapitaallasten voor vervanging van materieel.
RUD
In de begroting van de RUD is opgenomen waarom men niet kan voldoen aan de VZG richtlijn. Tevens is in de begroting het voldoen aan het plan van aanpak Robuuste RUD en de consequenties van de verhuizing naar Middelburg (inclusie de kosten voor het gebruik maken van de diensten van de provincie Zeeland voor de PIOFACH taken) verwerkt. Voor onze gemeente betekent bovenstaande een structureel nadeel van ruim € 430.000.
GGD Zeeland
Uit de begroting 2026 blijkt dat de GGD niet voldoet aan de bezuinigingsrichtlijn van 2,2% en ook afwijken van de indexatierichtlijn van nihil door een percentage van 1,2% toe te passen. In onze raming hielden we echter rekening met een indexatie van 3,5%. Hieruit volgt een structureel voordeel van € 48.055.
SWVO
Uit de begroting 2026 van het SWVO volgt een structureel voordeel van € 55.582. Dit is een gevolg van het strikt toepassen van de VZG-bezuinigingsrichtlijn van 2,2% op de onderdelen educatie, regionaal preventiebeleid en secretariaat. Verder constateren we dat de kosten van leerlingenvervoer met name als gevolg van een lagere NEA-index (Nationale Energie Efficiency Index) minder hard stijgen dan de raming in de vorige begroting.