Ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de budgettaire ruimte

Ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen

Ontwikkelingen algemene uitkering 

Coalitieakkoord nieuwe kabinet
Het kabinet heeft in haar nieuwe coalitieakkoord 2021-2025 “Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst” maatregelen opgenomen die betrekking hebben op het gemeentefonds. Eén van de maatregelen is dat het kabinet in de jaren 2023, 2024 en 2025 de opschalingskorting tijdelijk stopzet. Daarnaast heeft het kabinet voor 2022 tot en met 2025 een extra oplopende accresreeks opgenomen voor het gemeentefonds. In 2025 loopt dit accres op naar € 2 miljard. Voor 2026 en verder is het accres niet berekend, maar voor gemeenten gezamenlijk vastgezet op € 0,8 miljard. Dit accres komt boven op het accres van de septembercirculaire.

Het kabinet heeft in haar coalitieakkoord opgenomen om vanaf 2025 € 511 miljoen extra korting in te boeken op Jeugd. Dit is een taakstellende korting, waarvan het kabinet verwacht dat deze met het introduceren van een inkomensafhankelijke eigen bijdragen en met efficiency kan worden gerealiseerd. Dit kwam in eerste instantie boven op de hervormingsagenda. Een maatregel die zwaar onder vuur lag. Medio mei 2022 informeerde de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de Tweede Kamer dat het kabinet heeft besloten dat het realiseren van deze aanvullende besparing een Rijksverantwoordelijkheid is. Dat betekent dat het aan de Rijksoverheid is om maatregelen te nemen die tot deze besparing zullen leiden en dus dat deze verantwoordelijkheid niet meer bij de gemeenten ligt.

Herijking gemeentefonds met ingang van 2023 
Het Rijk is voornemens om het nieuwe verdeelmodel van het gemeentefonds per 1 januari 2023 in te voeren. In de meicirculaire 2022 worden de uitkomsten hiervan definitief bekend gemaakt. De minister heeft besloten om het ingroeipad -het pad waarmee gemeenten naar de nieuwe verdeling ingroeien- te beperken tot 3 jaar. Hierbij wordt het effect van de herverdeling het eerste jaar gemaximeerd op € 7,50, het tweede jaar op € 22,20 en het laatste jaar op maximaal € 37,50 per inwoner.
In de nu voorliggende uitkomst van het onderzoek naar dit nieuwe verdeelmodel is onze gemeente voordeelgemeente. Met dit voordeel is in onze begroting nog geen rekening gehouden.


Gevolgen COVID-19
De varianten van het coronavirus lijken, ondanks de besmettelijkheid, steeds minder effect op de publieke gezondheid te hebben. Sinds het voorjaar van 2022 hebben we nauwelijks meer te maken met beperkende maatregelen. De samenleving, ook de lokale samenleving van Schouwen-Duiveland, veert in al zijn geledingen op. We volgen de ontwikkelingen in het kader van de publieke gezondheid uiteraard nauwgezet. We volgen ook de landelijke ontwikkelingen rondom coronaherstel en sluiten daar zoveel als mogelijk is op aan. Compenserende maatregelen zijn door het Rijk inmiddels afgebouwd. Dat betekent niet dat er geen schade of gevolgen meer zijn als gevolg van de coronacrisis. Het komende jaar geeft het college daarom uitvoering aan de besteding van de door de gemeenteraad binnen de algemene reserve geoormerkte middelen voor een herstelfonds coronacrisis. De wijze van aanwenden en besteden komt terug in het collegeprogramma voor de nieuwe bestuursperiode. Daarbij is het uitgangspunt een zo breed mogelijke aanwending met een zo groot mogelijk doelbereik. Daarbij proberen we ook middelen die vanuit het Rijk beschikbaar zijn te betrekken.   


Sociaal domein 

Jeugd

Begroting Zorg in Natura (ZiN) en doorkijk naar de komende jaren
In de GGD-begroting 2023 – 2026 zien we meerjarig een verhoging van de uitgaven op zorg in natura voor jeugdhulp van gemiddeld € 0,6 miljoen per jaar. Wij zien echter redenen om af te wijken van de ramingen van de GGD. We verwijzen u hiervoor naar het betreffende raadsvoorstel.

In de GGD-begroting is geen rekening gehouden met de wijziging van het woonplaatsbeginsel. Met het nieuwe woonplaatsbeginsel in de Jeugdwet, die halverwege 2022 is afgerond, is duidelijk welke gemeente verantwoordelijk is voor de (financiering) als er sprake is van een verblijfscomponent. Als er sprake is van een verblijfcomponent wordt er gekeken waar de jeugdige ingeschreven stond direct voorafgaand aan de start van het zorgtraject. Deze gemeente blijft dan financieel verantwoordelijk voor de bekostiging van de verleende jeugdzorg tot het moment dat er geen sprake meer is van zorg met een verblijfscomponent. Het is nog niet duidelijk welk effect het nieuwe woonplaatsbeginsel heeft op de totale uitgave voor Jeugdhulp. Wel weten we dat het Rijk de gemeente heeft aangemerkt als voordeelgemeente en om die reden een korting heeft doorgevoerd op de te ontvangen middelen.  

Ontwikkelingen Hervormingsagenda
Voor een vervolg op het actieplan jeugd ‘Een duurzaam perspectief’ wachten we de uitkomst van de gesprekken over de Hervormingsagenda af. De afgelopen maanden hebben zorgaanbieders, cliënten(vertegenwoordigers) en professionals verder gewerkt aan verbetervoorstellen voor het jeugdhulpstelsel. Daaruit is een nieuwe agenda voortgekomen. De nieuwe agenda met de naam ‘Onze jeugd verdient beter’ is aan het Rijk en gemeenten aangeboden, met als doel om samen als ‘vijfhoek’ het gesprek te continueren om zo de nodige inhoudelijke verbeteringen te realiseren.

Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) 

Abonnementstarief - Besluitvorming nieuw kabinet 
In het Regeerakkoord is de intentie opgenomen om het abonnementstarief voor Wmo voorzieningen op te heffen en de inkomensafhankelijke bijdrage weer in te voeren. Dit moet echter in een wet worden verankerd, zoals de minister al per kamerbrief aan de Tweede Kamer heeft laten weten (kamerbrief: ‘Hoofdlijnenbrief toekomst Wmo'). De termijn waarop het abonnementstarief wettelijk wordt opgeheven en de wijze waarop heeft vanzelfsprekend gevolgen voor de meerjarenbegroting.

Toezicht
Om de kwaliteit van maatschappelijke ondersteuning aan (kwetsbare) cliënten voldoende te waarborgen, is toezicht op de uitvoering van groot belang. Het gaat hier om zowel het toezicht op de kwaliteit van dienstverlening of voorziening als op de rechtmatigheid van verstrekkingen. Onze gemeente is kartrekker van de Werkgroep Zorgfraude Zeeland die het initiatief heeft genomen voor een Zeeuws brede aanpak om onrechtmatigheid c.q. zorgfraude te voorkomen door de routekaart van VNG Naleving te volgen. Onderdeel van de routekaart is het aanstellen van enkele toezichthouders op Zeeuws breed niveau. Deze kosten verdienen zich ruim terug door dat effectiever en tijdiger kan worden ingegrepen als er sprake is van onrechtmatigheid. In de meerjarenbegroting zal met kosten voor toezicht rekening worden gehouden.

Dorpshuizen 

SMC Bruinisse
SMC Bruinisse heeft een bouwkundig rapport laten opstellen voor het dorpshuis. Voor renovatie/verbouw is meer geld nodig dan SMC Bruinisse in de boeken en op de rekening heeft staan voor groot onderhoud. SMC Bruinisse heeft nog geen bouwkundig rapport voor de sporthal opgesteld.
Op basis van een meerjarenonderhoudsprogramma is ook budget benodigd voor het meerjarig onderhoud en de vervanging van inventaris van het dorpshuis en de sporthal. Ook hiervoor zijn onvoldoende liquide middelen aanwezig. 

Om een mogelijke gemeentelijke investering in het dorpshuis en de sporthal (geen gemeentelijk eigendom) van SMC Bruinisse te rechtvaardigen, is het nodig inzicht te krijgen in de toekomstbestendigheid van de dorpshuisfunctie en de sporthal in Bruinisse. Een eerste stap in de verdere uitwerking is een analyse van de toekomstbestendigheid en een bouwkundige analyse van het dorpshuis en sporthal SMC Bruinisse om te komen tot scenario’s dan wel aanbevelingen, met mogelijk een voorstel voor de benodigde gemeentelijke investeringen.

Einde tweede kwartaal 2022 leveren wij de toekomstbestendige visie voor het geheel op. Vervolgens is een bouwkundige analyse nodig om de uiteindelijke kosten te bepalen. Deze analyse pakken wij vanaf het derde kwartaal 2022 op. Daarmee is het nu nog onbekend of en in hoeverre we budget nodig gaan hebben voor een uitvoering vanaf 2023.

De Zuidhoek 
Het aantal Wsw’ers neemt af en dat maakt de Zuidhoek kwetsbaar. We hopen dat het Rijksbeleid wordt aangepast, zodat de mensen die tussen wal- en schip vallen toch weer een plek kunnen krijgen bij de Zuidhoek onder de Participatiewet. Uiteraard zitten we in de tussentijd niet stil. Mensen die nu nog niet werken kunnen gebruik maken van de infrastructuur van de Zuidhoek. Er loopt op dit moment een pilot om inwoners die een bijstandsuitkering krijgen via een re-integratietraject bij de Zuidhoek aan passend en zo regulier mogelijk werk te helpen. Op deze manier krijgen we een goed beeld hoe we de infrastructuur van de Zuidhoek breed in kunnen zetten.

Gebundelde uitkering (BUIG)
Via de financiële rapportage 2021 informeerden wij  u over het stijgend aantal loonkostensubsidies (regulier en nieuw beschut werken) en dalend aantal uitkeringen wat voor 2022 naar verwachting zal resulteren in hogere baten dan lasten. Op basis van de doorrekening van de uitkeringslasten en de loonkostensubsidies, die wij de komende maanden maken, kunnen wij beoordelen of het voorlopige BUIG budget 2022 toereikend zal zijn. Zo nodig betrekken wij een eventueel resterend saldo bij het opstellen van uw meerjarenbegroting 2023-2026.

Schuldhulpverlening, vroegsignalering
In augustus 2021 is gestart met de uitvoering van vroegsignalering van schulden in Schouwen-Duiveland onder de naam 'Vroeg Eropaf'. De regie ligt bij de gemeente, de uitvoering is belegd bij Startbloq. Hierbij is vooralsnog gekozen voor een pilotperiode van 2 jaar. In de praktijk zien we dat maandelijks het aantal signalen gestaag toeneemt (januari: 34, februari: 43 en maart: 52). Dit heeft naar alle waarschijnlijkheid te maken met de snel stijgende inflatie en daarmee de steeds hogere kosten van levensonderhoud. We zien verder dat bij het team Sociaal Juridische Dienstverlening van SMWO de werkzaamheden de afgelopen periode met ruim 30% zijn gestegen, met name op het gebied van financiële problematiek. Op korte termijn is de verwachting dan ook dat de kosten van ondersteuning bij financiële problemen – waaronder vroegsignalering – snel gaan stijgen. We reageren daarom al in 2022 op deze ontwikkelingen inclusief een (financiële) doorkijk naar 2023. 

Nationaal Programma Onderwijs
Vanaf 2022 zijn we met middelen vanuit het Nationaal Programma Onderwijs gestart met BLOEI!, het naschoolse activiteitenprogramma voor jeugdigen in de gemeente Schouwen-Duiveland. Deze middelen zijn begroot tot juli 2023 (einde schooljaar). Naschoolse activiteiten passen bij één van de vier pijlers van het Opgroeien in een Kansrijke Omgeving. De ambitie is om het naschoolse activiteitenprogramma in te bedden in Opgroeien in een Kansrijke Omgeving. Dit is afhankelijk van de evaluatie in juli 2023. Dit leidt tot investeringen verder dan juli 2023. Een voorstel hierover met financiële consequenties volgt voorafgaand aan de begroting 2023-2026.

Eenmalig indexeren volledig Subsidieprogramma 2023
Bij behandeling van de Bestuursopdracht creëren budgettaire ruimte, fase 2 besloot uw raad bij om subsidies boven de € 20.000 ook na 2021 niet meer te indexeren totdat het subsidieprogramma herijkt is. Op dit moment vindt de (technische) herijking van de Algemene Subsidieverordening 2013 plaats. Dit is een eerste stap in de herziening van het subsidieprogramma en deze leggen wij in de raadsvergadering van december 2022 ter besluitvorming aan uw raad voor. In de tussentijd gaan we ook aan de slag met de herziening van subsidieregelingen, hetgeen in 2023 nog doorloopt.

Omdat maatschappelijke organisaties op dit moment ook worden geconfronteerd met economische ontwikkelingen, zoals loon- en kostenstijgingen, zien wij mogelijk aanleiding uw raad voor te stellen het niet indexeren van subsidies boven de € 20.000 voor 2023 eenmalig te herzien. Hier komen wij in de Programmabegroting 2023-2026 op terug.

Omgevingswet 

Algemeen
De Omgevingswet brengt een forse wijziging met zich mee voor het stelsel van regels en instrumenten van de overheid op het terrein van de fysieke leefomgeving. Ook voor gemeenten betekent de invoering van de Omgevingswet een grote opgave. Het vraagt om aanpassing van gemeentelijke regels, niet alleen op het vlak van ruimtelijke ordening (bestemmingsplannen), maar alle regels die raken aan het fysieke domein. Verder moet er op het vlak van digitalisering veel gebeuren. Tenslotte vraagt deze stelselwijziging een verandering in competenties van de mensen die op het terrein van de fysieke leefomgeving werkzaam zijn. De verandering van competenties hangt samen met de cultuurverandering waar het Rijk het over heeft. Deze cultuurverandering sluit overigens aan bij de organisatievisie van onze gemeente.

Voorbereiding 
De voorbereiding en implementatie van de Omgevingswet lopen al langere tijd. Het maken van het omgevingsplan Landelijk Gebied leidde niet tot een vastgestelde versie, maar leverde wel verschillende inzichten op. De elementen die nodig zijn voor de implementatie zijn helder in beeld. We werken deze zoveel als mogelijk met eigen menskracht uit. Ook is er veel aandacht om de lopende ruimtelijke procedures zoveel als mogelijk onder bestaande wetgeving in procedure te brengen en communiceren we met initiatiefnemers over de consequenties van de procedure in relatie tot de inwerkingtredingsdatum.

Op het moment van schrijven (mei 2022) gaan we uit van implementatie van de Omgevingswet – op zijn vroegst- per 1 januari 2023. Hoewel rond de implementatie van de wet landelijk nog allerlei onzekerheden bestaan, met name over het digitale stuk, is op dit moment nog geen sprake van verder uitstel. Voor de voorbereiding op de wet volgt onze gemeente het door het college vastgesteld plan van aanpak. Dit plan van aanpak volgt het stappenplan (de routekaart) van de VNG. Periodiek wordt uw raad op de hoogte gebracht van de voortgang van de implementatie. Zo wordt uw raad ook verder geadviseerd over de onderwerpen participatie, delegatie en de financiële gevolgen van de inwerkingtreding. 

Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) 
Door het invoeren van de Wkb vervalt er een aantal taken bij Vergunningverlening en Toezicht. Deze taken worden door de markt opgepakt in een ander stelsel van borgen van kwaliteit. Een gedeelte van de ambtelijke kosten die nu verbonden zijn aan een omgevingsvergunning (én gedekt zijn door de leges), kunnen we straks niet meer toerekenen aan een omgevingsvergunning (én dus ook niet meer dekken uit de leges). Over het exacte bedrag kunnen we nog geen uitspraken doen, omdat de wet gefaseerd in gaat en er nog lopende bouwprojecten zijn. 

De invoering van de Wkb hangt samen met de implementatie van de Omgevingswet. Na de zomer van 2022 moet er meer duidelijkheid komen over de exacte invoeringsdatum. Vooralsnog richten wij ons op 1 januari 2023.

Stikstof
We zijn als gemeente omringd door natuurgebieden, die de speelruimte voor ontwikkelingen beperken. Stikstof speelt een steeds grotere rol in ruimtelijke ontwikkelingen op Schouwen-Duiveland in het algemeen en de Westhoek in het bijzonder. Het vergt steeds meer tijd, energie en (financiële) middelen om ontwikkelingen mogelijk te maken. Als gemeente doen we er alles aan een goede balans te vinden tussen ontwikkelen en natuurwaarden. Door middel van intern en extern salderen proberen we zoveel mogelijk (woning)bouw- en infraprojecten, zowel van onszelf als van ontwikkelaars, doorgang te laten vinden. Daarbij hebben we oog voor de meest recente jurisprudentie en stemmen we af met diverse deskundigen.

Wonen
De druk op de woningmarkt is groot. Daar waar gewenst en mogelijk voeren we een actief grondbeleid door inzet van gemeentelijke gronden. In diverse kernen zijn wij in gesprek met dorpsraden en andere betrokkenen als bijvoorbeeld ondernemersverenigingen over welke typologieën woningen kunnen worden toegevoegd aan de woningvoorraad. 

Agenda Toerisme 2023 en verder 
De Agenda Toerisme is vastgesteld in oktober 2018 en heeft een looptijd van 8 jaar (2019-2026). We zijn nu dus op de helft. Er is bewust gekozen voor een agenda die de mogelijkheid biedt mee te bewegen met actuele ontwikkelingen en in goed overleg bij te stellen waar nodig. In de afgelopen jaren is er veel gebeurd, waaronder het oprichten van een lokale organisatie voor eilandmarketing (SESD), het ontwikkelen van een Zeeuwsbrede visie op toerisme, verwoord in Bestemming Zeeland 2030 en, niet onbelangrijk, de coronapandemie die van grote invloed is op de verblijfsrecreatieve sector. Praktisch gezien is ook de uitvoeringsagenda die in 2018 aan de Agenda Toerisme is gekoppeld grotendeels opgepakt en uitgevoerd. 
In de komende periode werken we aan de actualisatie van de Agenda Toerisme, waarin we ook de voor Schouwen-Duiveland belangrijke thema’s uit Bestemming Zeeland 2030 meenemen. Dit gebeurt in samenwerking en afstemming met het Platform Agenda Toerisme. 
Vanuit de Provincie Zeeland en het HZ Kenniscentrum Kusttoerisme wordt gewerkt aan een nieuw meerjarig onderzoeksprogramma en een uitvoeringsagenda gekoppeld aan Bestemming Zeeland 2030. Vanuit de Agenda Toerisme kijken we welke onderzoeken en projecten passen in de Agenda Toerisme en welke interessant zijn voor Schouwen-Duiveland. Op basis hiervan volgt een geactualiseerde uitvoeringsagenda voor de Agenda Toerisme. Hiervoor is voor de komende jaren nieuw budget nodig. 
Gekoppeld aan de Agenda Toerisme loopt het project Innovatievouchers van Impuls Zeeland. Dit project loopt eind 2022 af, we werken momenteel aan een nieuw voorstel voor de komende periode van drie jaar. Ook hiervoor is (aanvullend) budget nodig.

Areaal buitenruimte  
Jaarlijks beoordelen we de groei en/of krimp (aantallen/volume) in relatie tot onze werkzaamheden in de buitenruimte. Deze werkzaamheden in de buitenruimte delen we hier in, in vier categorieën. Beheer van groen, grijs (bovengrondse infra) en het beheer ondergrondse infra en van objecten in de openbare ruimte. Voor de registratie en beheer van de buitenruimte maken wij gebruik van de applicatie Obsurv.

Wegenbeheerplan
Het wegenbeheerplan is momenteel in de maak. In het derde kwartaal van dit jaar zullen we het wegenbeheerplan aan uw raad voor kunnen leggen. 

Objecten in de buitenruimte
Voor wat betreft objecten in de buitenruimte (bruggen, muren, trappen, fonteinen etc.) ligt er een nog een opgave. Ook voor de objecten gebruiken we Obsurv voor het vastleggen van ons aanwezige areaal en een volledige doorrekening van de benodigde onderhoudskosten. Om deze doorrekening te kunnen doen, maken we een inventarisatie van alle objecten waar wij verantwoordelijk voor zijn. Die gegevens worden verwerkt in Obsurv. Wij zijn hier nu volop mee bezig.

De verwachting is echter dat de meerjarenbegroting structureel te laag is om alle objecten te kunnen onderhouden. Wij komen hier separaat op terug omdat wij hier door personele capaciteitsproblemen nog onvoldoende aan toe zijn gekomen. We hebben nog tijd nodig om goed te inventariseren welke middelen hiervoor precies nodig zijn. We komen hier in 2023 op terug.

Klimaatverandering in relatie tot investeringen in buitenruimte
In onze areaalberekeningen zoals hierboven geschetst, geldt de kanttekening dat nog geen rekening is gehouden met de gevolgen van klimaatverandering voor onze buitenruimte. Zo wordt verwacht dat de klimaatveranderingen de vraag naar meer groen in de buitenruimte doen toenemen. Ook zal er steeds meer regenwater worden opgevangen in plaats van afgevoerd via de riolering. Deze ontwikkeling zit nog niet over de hele breedte in uw meerjarenbegroting. Zodra het mogelijk is (op basis van nog vast te stellen beleid) hier een doorrekening van te maken komen wij hierop bij u terug.

Veiligheidsregio Zeeland (VRZ)
De gemeentelijke bijdrage in de begroting VRZ 2023 is hoger dan wat op basis van de VZG-richtlijn is afgesproken. De afgelopen jaren heeft de Veiligheidsregio veel taakstelling opgelegd gekregen en verwerkt. Het zogenaamde 'vet op de botten' is er niet meer. Het is logisch dat onder andere kosten voor Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO) en meerkosten vanwege de aangepaste cao niet binnen de begroting gevonden kunnen worden.

Openbaar Lichaam Afvalstoffenverwijdering Zeeland (OLAZ)
Ook bij het OLAZ zijn onzekere factoren aanwezig. Bijvoorbeeld de ontwikkeling van de afvalstoffenbelasting, de CO2-heffing en de inflatie. Ook hebben zij de uitwerking van de nog te maken beleidskeuzes nog niet in hun begroting verwerkt. Voorbeelden zijn de invoering van toegangscontrole op de milieustraten en eventuele andere investeringen op diverse milieustraten. We betrekken deze ontwikkelingen bij het opstellen van de programmabegroting 2023-2026

Regionale Uitvoeringsdienst Zeeland (RUD).
In het advies van de Begeleidingscommissie van de RUD wordt aangegeven dat het noodzakelijk is om op basis van onder andere de toekomstvisie duidelijkheid te geven hoe de RUD zich wil ontwikkelen tot een robuuste organisatie en op welke manier ze het weerstandsvermogen op peil wil brengen of de risico's wil aanpakken. Hiertoe diende uw raad in 2022 reeds een zienswijze in. Thans zijn er door RUD-initiatieven ontwikkeld om tot nadere uitwerking en besluitvorming hiertoe te komen. Indien nodig betrekken wij deze bij het opstellen van de programmabegroting 2023-2026.

Bedrijfsvoering

Wet Open Overheid
De Wet Open Overheid (Woo) verplicht gemeenten om de (digitale) informatiehuishouding op orde te brengen en hun digitale overheidsinformatie duurzaam toegankelijk te maken en te houden. De bepaling uit de Archiefwet dat gemeenten documenten in een goede, geordende en toegankelijke staat moeten bewaren, wordt herhaald in de Woo. De Woo verplicht de gemeenten om actief documenten openbaar te maken. Die verplichting gaat nog niet direct in. Medio juni/juli 2022 zal duidelijk worden wanneer die verplichting in zal gaan. 
Het managementteam stelde inmiddels een bestuursopdracht vast om de voorbereidingen te treffen, zodat de organisatie in staat is om de documenten actief openbaar te maken zoals voorgeschreven in de Woo.

Wet Digitale Overheid
De Wet Digitale Overheid (WDO) heeft als doel het regelen van het veilig en betrouwbaar kunnen inloggen voor Nederlandse burgers en bedrijven bij de (semi)overheid. Per product/dienst moet een betrouwbaarheidsniveau voor DigiD en e-Herkenning ingesteld kunnen worden. Ook voor de nog nieuw in te richten machtigingsvoorziening geldt dat er verschillende betrouwbaarheidsniveaus ingesteld moeten kunnen worden. Deze middelen kunnen zowel van de overheid als van private aanbieders afgenomen worden.
Onderdeel van deze wet is ook dat de gemeente zelf de kosten draagt voor de aansluiting op de identificatiemiddelen en voor het gebruik van een middel naar rato van gebruik. De WDO gaat pas gelden als een instantie technisch en organisatorisch klaar is om aan te sluiten. De VNG heeft het Rijk gevraagd om compensatie van de meerkosten voor de gemeenten. Dat is nog niet geregeld. Het is nog onduidelijk wanneer de wet van kracht wordt.

Herinrichting Burgerzaal
In het tweede halfjaar 2022 pakken wij, samen met uw raad, de herinrichting van de burgerzaal weer op. Hierbij betrekken wij de opgedane ervaringen met de digitale vergaderingen tijdens de coronapandemie. Ook onderzoeken we samen met uw raad de wijze waarop inwoners en andere belanghebbenden bij de politieke besluitvormingsprocessen kunnen worden betrokken. Aan de hand van deze uitkomsten berekenen wij het nieuw benodigd budget.

Voorstel 2

Terug naar navigatie - Voorstel 2

Kennis nemen van de aangekondigde ontwikkelingen die mogelijk van invloed zijn op de financiële positie vanaf de begroting 2023.